Geïmmobiliseerd

Eigenlijk is de geschiedenis van deze patiënt te tragisch om te geloven. Meneer M. was met zijn 32 jaren nog jong toen hij in het ziekenhuis werd gebracht. Meestal zien we zo’n jonge patiënten als hoopgevende gevallen, waar men veel eer aan kan behalen als men de moeite doet.

Moeite moesten we bij meneer M. inderdaad doen. Hij was thuis gevallen en had zijn bovenbeen gebroken. Voor een jonge en – volgens zijn eigen zeggen – verder compleet gezonde man zou dat eigenlijk geen probleem mogen zijn. Een operatie waarbij een paar schroeven en platen op het gebroken bot worden aangebracht en dan met de kinesitherapeuten snel weer op de been. Dat was het plan.

Tot zijn bloedresultaten bekend werden. Die toonden dat er meer aan de hand was dan enkel een gebroken been. Zijn nieren lijken hun werk niet te doen en zijn niet in staat het interne evenwicht van water en zouten in stand te houden. Dus er wordt besloten meneer M. eerst op de afdeling intensieve zorgen onder te brengen om door dialyse de nieren zo te ondersteunen dat hij een operatie ook goed kan overleven.

Hij wordt grondig onder handen genomen door het dienstteam: een centrale venenkatheter wordt geplaatst om de dialysemachine te kunnen aansluiten, de bestaande onevenwichten wat mineralen betreft worden gecorrigeerd en medicatie wordt toegediend zodat de pijn van de breuk onder controle blijft.

Tijdgebrek leidt ertoe dat niemand zich afvraagt waarom meneer M. in zo’n belabberde toestand was geraakt. Waarom heeft hij überhaupt zijn been gebroken na een banale val thuis. Hij is niet van de trap gevallen, maar gewoon gestruikeld. Dat leidt bij zo’n jonge man normaal gesproken niet tot gebroken botten. Dus op een rustig moment breek ik mijn hoofd over dit raadsel.

Een eerste indicatie resulteert uit wat we over meneer M.’s leven geleerd hebben. Hij was aan de rand van de maatschappij geraakt: geen baan, geen studie, geen familie buiten zijn moeder met wie hij samenwoont. Zij heeft hem al een tijdje in toenemende mate moeten helpen als hij zich binnenshuis wil bewegen. Dit begon allemaal tijdens de eerste periode van opsluiting door de “corona-maatregelen”: zonder doel om naar buiten te gaan, bleef hij gewoon binnen.

De informatie die ondertussen in de akte is opgenomen lijkt daarbij te passen. Na veel overleggen en puzzelen, kom ik tot een theorie die alle resultaten lijkt te kunnen verklaren. Toen de lockdown werd opgelegd en enkel nog “noodzakelijke” verplaatsingen waren toegelaten bleef meneer M. thuis in zijn kamer. Hij had geen activiteiten die als “noodzakelijk” kwalificeerden. Thuis bewoog hij, hangend achter een computer, minder en minder. Dit leidde tot een gestaag afbouwen van spieren en botten. Zo’n verzwakte beenderen breken wel degelijk bij een banale val. Verder kwam calcium vrij en als reactie daarop ontstonden de afwijkingen die bij opname in het ziekenhuis werden vastgesteld. Het gebrek aan zonlicht en het daardoor ontstaande tekort aan vitamine D verergerde alles.

We proberen al deze afwijkingen weer in evenwicht te brengen. Het been wordt geopereerd. Daarna vertrouwen we meneer M. aan de internisten toe, om hem verder op te lappen. Wat helaas niet lukt: doordat meneer met zijn gebroken been te lang op bed had gelegen kreeg hij ook nog een longontsteking1 ten gevolgde waarvan hij een tekort aan zuurstof ontwikkelde en dan aan een hartstilstand overleed.

1Géén “covid”.